Een coalitie van bedrijven, coöperaties en netbeheerders in de windindustrie waarschuwt voor de gevolgen van het kabinetsbeleid voor windenergie op land, via een brief aan het kabinet. De brief is ondertekend door Hans-Peter Oskam, directeur beleid en energietransitie, Netbeheer Nederland, Jan Vos, voorzitter NedZero, Olof van der Gaag, voorzitter Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie (NVDE) en Siward Zomer, voorzitter Energie Samen. Hierbij de integrale versie van de brief.

Het kabinet wil windmolens zoveel mogelijk op zee plaatsen in plaats van op land. Windparken in de Noordzee zijn inderdaad belangrijk, maar ook op land moet meer windenergie worden opgewekt. Dat is een kwestie van nationaal belang. Wind op land vermindert stuwing op het stroomnet, versterkt de nationale veiligheid, bevordert de Nederlandse energie-autonomie en helpt om onze energiekosten laag te houden.

Welwillende coöperaties, lokale gemeenschappen, veel bedrijven en netbeheerders worden nu al belemmerd door een gebrek aan lokale opwekcapaciteit. Als het kabinet ontwikkeling van windenergie op land ondersteunt, kunnen windmolens op land een belangrijke rol spelen in het verminderen van netcongestie. Dat is een van de grootste uitdagingen in de huidige energiemarkt: door filevorming op het net sluit het aanbod van elektriciteit niet altijd aan op de vraag. Soms is er te veel, soms te weinig. Netcongestie maakt de energierekening van burgers en bedrijven hoger en kan zelfs tot uitval van het energienetwerk leiden. Met windmolens op land kun je lokaal energie opwekken en die direct gebruiken in de omgeving. Dit verlaagt de druk op het landelijke stroomnet, omdat er minder energie over grote afstanden getransporteerd hoeft te worden.

In Utrecht werkt Stedin bijvoorbeeld samen met lokale partners om windmolens te plaatsen in gebieden met hoge energievraag. Zo wordt Utrecht minder afhankelijk van energie-import. In Ermelo doet Liander iets soortgelijks door vijf windmolens te ondersteunen die lokaal opgewekte stroom direct aan de omgeving leveren.

Dat is ook van belang voor de nationale veiligheid. Door meer zelfvoorzienend te zijn in energie, verkleint Nederland zijn afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en buitenlandse energieleveranciers. Dat maakt Nederland minder kwetsbaar voor geopolitieke spanningen die de energievoorziening kunnen verstoren. Wind op land draagt bij aan de versterking van de defensieve positie van Nederland door een stabiele en lokale energiebron te bieden. Bovendien kan de energie die lokaal wordt opgewekt dienen als back-up bij noodsituaties, zoals natuurrampen of andere crises.

Windenergie op land draagt ook bij aan een betere luchtkwaliteit. In tegenstelling tot fossiele brandstoffen produceert windenergie geen schadelijke uitstoot zoals stikstofoxiden of fijnstof. Dit vermindert luchtvervuiling en verbetert de volksgezondheid. Het gebruik van windenergie leidt dus niet alleen tot minder broeikasgassen, maar ook tot schonere lucht voor iedereen.

Daarnaast heeft windenergie nauwelijks water nodig voor de opwekking van elektriciteit, wat het een milieuvriendelijke optie maakt vergeleken met andere energiebronnen die veel water verbruiken, zoals kolen- en kerncentrales. Dit is vooral van belang in tijden van droogte en waterschaarste, waar de vraag naar water hoog is.

Energie-autonomie van Nederland is daarnaast vanuit financieel oogpunt belangrijk. De stijgende kosten van geïmporteerde energie hebben direct gevolgen voor de Nederlandse economie en huishoudens. Lokale energiebronnen zoals windmolens dragen juist bij aan stabiele, voorspelbare kosten. Dat is een enorm pluspunt in een tijd waarin de prijzen van fossiele brandstoffen enorm schommelen. Zo helpt de uitbreiding van hernieuwbare energiebronnen om prijspieken tijdens hoge vraag te temperen, waardoor Nederland minder blootgesteld is aan de grillen van de internationale energiemarkt.

Autonome energieopwekking is een strategische stap richting een toekomstbestendige en veerkrachtige economie. Vooral windenergie, een van de goedkoopste manieren om elektriciteit op te wekken, kan daar een belangrijke rol in spelen.

Ondanks de voordelen van wind op land, stuiten nieuwe projecten vaak op bezwaren van omwonenden. Dat is begrijpelijk vanuit individueel perspectief, maar voor ons land blijft windenergie op land belangrijk. Het is immers van groot belang dat bedrijven een aansluiting op het elektriciteitsnet kunnen krijgen. En dat burgers een woning kunnen bouwen waarvan de woonwijk op het net kan. Het vinden van een balans tussen de belangen van bewoners en de noodzaak voor energie van eigen bodem is cruciaal voor onze toekomst.

Hans-Peter Oskam is directeur beleid en energietransitie bij Netbeheer Nederland en
Jan Vos is voorzitter van NedZero
Olof van der Gaag is voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie (NVDE)
Siward Zomer is voorzitter van Energie Samen

De brief is ook gepubliceerd op de opiniepagina van Trouw