NVDE verwelkomt SDE++ ronde 2025; ook zekerheid ná 2025 nodig

21 februari 2025

Minister Hermans heeft de voorwaarden voor de SDE++ subsidie van 2025 gepubliceerd. Deze regeling is van essentieel belang voor schone en onafhankelijke energie en heeft al grote winst voor de energietransitie opgeleverd. De NVDE is bezorgd dat er nog geen zekerheid kan worden geboden over de regeling ná 2025. “Bedrijven hebben vertrouwen nodig dat deze belangrijke regeling voor duurzame energie beschikbaar blijft,” zegt Olof van der Gaag, voorzitter NVDE. De NVDE roept het kabinet op om de benodigde budgetruimte zo snel mogelijk te creëren. “De schatkist loopt geen gevaar, dus doe niet overdreven voorzichtig.”

Met een openstellingsbudget van acht miljard is de SDE++ ook in 2025 hét werkpaard van de energietransitie. Door deze regeling realiseren bedrijven projecten die CO2 reduceren, ons land minder afhankelijk maken van fossiele importen, en stikstofemissies verminderen. Net als elk jaar zitten er weer diverse kleine verbeteringen in de regeling, met nieuwe categorieën en aanpassingen van specifieke voorwaarden. Sinds de introductie in 2009 heeft de SDE een inmiddels lange staat van dienst opgebouwd als complexe, maar betrouwbare en kosteneffectieve regeling. Van de 22 procent hernieuwbare energie die we in Nederland produceren ontvangt een aanzienlijk deel SDE-subsidie. En dank zij die SDE-projecten hebben Nederlanders zo’n achttien miljard euro bespaard op hun energierekening, vooral tijdens de Oekraïnecrisis

Duidelijkheid ná 2025

De Kamerbrief geeft ook aan dat er binnen de huidige rekensystematiek onvoldoende ruimte is voor een openstelling in 2026. Dat komt naar onze indruk deels door de keuze van de nieuwe coalitie om het ‘prijsrisicobuffer’ in de kasuitgaven voor de SDE te verlagen; dit wordt nu versterkt doordat de energieprijzen de komende jaren sterker zullen dalen dan eerder verwacht. De vraagtekens rond het subsidiebudget zijn slecht nieuws voor de energietransitie. Continuïteit van beleid is essentieel om duurzame energieprojecten van de grond te krijgen. Die maken ons minder afhankelijk van Poetin en Trump, en verbeteren de concurrentiepositie van onze bedrijven. Bovendien is ons klimaatdoel van 55 procent CO2-reductie in 2030 nog niet binnen bereik.

De minister informeert de Tweede Kamer voor de zomer over de mogelijkheden van een openstelling in 2026. De NVDE roept de minister op om zo spoedig mogelijk te borgen dat er ook vanaf 2026 meerjarig voldoende ruimte is voor SDE-rondes. Bedenk daarbij dat lagere energieprijzen weliswaar leiden tot hogere kasuitgaven in de SDE, maar tegelijk ook tot minder uitgaven elders (een Noodfonds tegen energiearmoede is dan bijvoorbeeld niet nodig). Wij verwachten dat het probleem van de kasuitgaven op middellange termijn weer verdwijnt, wanneer oude, relatief dure projecten uit hun SDE-beschikkingen lopen. En omdat op middellange termijn een paar nieuwe werkpaarden worden ingezet om de klimaatdoelen te halen, waaronder ETS1 en ETS2. Dus de overheid hoeft niet overdreven voorzichtig te zijn.

Slimme, kosteneffectieve regeling

De SDE++ past de onrendabele top bij van duurzame energieprojecten. Als er door bijvoorbeeld lage energieprijzen een groot gat zit in de businesscase, wordt er relatief veel subsidie gegeven, maar bij hoge prijzen is subsidie niet nodig. Daardoor is de SDE++ een slimme garantieregeling. Bovendien krijgen de goedkoopste projecten voorrang. Het is daarmee een heel kosteneffectieve maatregel om CO2-uitstoot te verminderen. Vanuit het buitenland wordt dan ook met enige afgunst gekeken naar deze Nederlandse trots.


Misschien ook interessant