Frank Schoof, nieuw NVDE bestuurslid: ‘Alle duurzame technieken beslissen mee in de NVDE.’

16 mei 2019

Geothermie is een gouden kans om woningen en gebouwen te verwarmen, onafhankelijk van het weer of van import, vindt Frank Schoof, voorzitter van Platform Geothermie. Nederland loopt daarin voorop. En het Klimaatakkoord biedt een forse stimulans voor warmtenetten. Net als in München, kunnen we in Nederland planmatig warmtenetten gaan invoeren, zegt Schoof. Hij is sinds 14 mei bestuurslid van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie, namens een aantal brancheverenigingen. Hij vervangt Jaap Baarsma, voorzitter van Holland Solar, in deze rol.

Namens wie zit je in het bestuur van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE)?
‘Ik ben bestuurslid namens de kleinere brancheverenigingen, zoals Platform Geothermie, Holland Solar, DHPA, verschillende brancheverenigingen voor biomassa en waterkracht. Het is van belang dat de branches die deze heel verschillende duurzame technieken vertegenwoordigen, meepraten in het NVDE bestuur. Dat kan via mij.’

Wat is je achtergrond?
‘Ik ben sinds vier jaar voorzitter van het Platform Geothermie. Daarnaast heb ik veel ervaring als projectmanager in stadsverwarmingsprojecten. Ik heb warmtebedrijven helpen oprichten en fuseren.’

Waar komt je passie voor duurzame energie vandaan?
‘Ik ben altijd al met energie bezig geweest. De verduurzaming van de warmtevoorziening heeft mij gegrepen. Het is heel interdisciplinair en er zijn veel partijen betrokken. Een bron, een warmtenet en vooral ook klanten zijn nodig. Een aardwarmteproject in Den Haag is failliet gegaan bij gebrek aan klanten. Gelukkig wordt dit nu weer opgestart. Je moet voor de investeringen en dimensionering van de pijpen ver vooruit kijken, want de klanten zijn niet van de ene dag op de andere aangesloten. Zowel in de nieuwbouw als in bestaande wijken kan het jaren duren voor het verwachte aantal woningen is aangesloten.’

Hoe kijk je aan tegen het Klimaatakkoord?
‘Ik zit vanuit de geothermiesector aan de tafel voor de gebouwde omgeving. Dus ik heb meegemaakt hoe ingewikkeld het is om het hele bouwwerk van zo’n akkoord in elkaar te zetten en om het uit te leggen aan vakgenoten. Alle betrokkenen, belangengroepen van burgers, bedrijven en de overheid, hebben sterk de neiging om in allerlei details te vluchten. Dat is begrijpelijk, maar het leidt ertoe dat je niet van wal durft te steken omdat het over tien dagen misschien gaat regenen.
Het is te mager om te zeggen dat het Klimaatakkoord-in-wording een startpunt is. Maar het is zeker ook niet de definitieve marsroute naar 2050. We wachten nu in feite op de overheid. Ook die hoeft niet bang te zijn dat het nu voor de eeuwigheid vastligt. De overheid mag blij zijn met wat er ligt, inclusief de bijdrage van al die bedrijven. We moeten nu gaan. Als we niet vertrekken, ontzeggen we onszelf de mogelijkheid om te leren en bij te sturen.’

Wat vind je van de rol van de NVDE in het Klimaatakkoord?
‘Goed! De NVDE is de aanbieder, distributeur en wat allemaal nog meer. Ik hoor wel eens dat men de NVDE te onzichtbaar vindt. Daar ben ik het niet mee eens: de NVDE levert een goede bijdrage. Er zijn veel aspecten, zoals de benodigde innovatie en het opzetten van een marktstructuur voor de warmtemarkt waar de NVDE belangrijke input voor levert, maar waar anderen beslissen.’

En hoe nu verder, nu het Klimaatakkoord bijna af is?
‘Gelukkig is de uitvoering al deels voorzichtig begonnen, met de regionale energiestrategieën. De bijbehorende financiering, bijvoorbeeld van de onrendabele top, is er nog niet in alle gevallen. Daardoor dreigt er geen massa te ontstaan en kun je als bedrijfsleven ook niet de kostenreductie halen die je hebt beloofd. Alle schakels zijn nodig: inspanningen van het bedrijfsleven, wetswijzigingen, financiële prikkels van de overheid. We moeten in de gebouwde omgeving van het aardgas af gaan belonen, bijvoorbeeld door aardgas duurder te maken en dat op één of andere manier te compenseren. Anders gaat het te langzaam.’

Welke kansen zie je voor geothermie in de energietransitie?
‘We gaan een tijd in van grote veranderingen en kansen. Nu gaat warmte uit geothermie voor bijna honderd procent naar de glastuinbouw. Geothermie is daarnaast bij uitstek geschikt voor het voorzien in de basiswarmtevraag van de gebouwde omgeving. Het is een continue warmtebron, die niet van het weer afhankelijk is. In 2050 moet tweederde van de geothermie-installaties warmte produceren voor huizen en gebouwen, en eenderde voor de glastuinbouw en industrie. Als de proeven met ultradiepe geothermie goed gaan, dan is geothermie ook geschikt voor gebruik in de industrie, tot ongeveer 220 graden. We zijn in de afgelopen tien jaar van nul naar 25 projecten gegroeid. Internationaal wordt er met belangstelling naar Nederland gekeken. Daarom wordt het driejaarlijkse European Geothermal Congress van 11 – 14 juni in Nederland gehouden.’

Wat vind je een mooi voorbeeld van toepassing van geothermie?
‘De stad München besloot om de warmtevoorziening te verduurzamen. Ze rollen daar stelselmatig stadsverwarming uit, met geothermie als basis-warmtebron. Zo’n planmatige aanpak zou ook in grotere gebieden in Nederland goed werken.’

Hoe was het pionieren met geothermie?
‘Het is prachtig om het ontstaan van zo’n nieuwe techniek mee te maken. Door goede samenwerking met concurrerende bureaus, goede interactie met Staatstoezicht op de Mijnen en vooral door de ondernemende spirit van initiatiefnemende bedrijven is het gelukt.’

En je betrokkenheid bij warmtebedrijven?
‘Stadswarmte is niet nieuw! Dat hebben we al 100 jaar. In Utrecht al sinds 1923 en in veel ander steden direct na de Tweede Wereldoorlog. Ik was vooral betrokken bij nieuwe warmtebedrijven of bij uitbreiding op nieuwe plekken. Zo’n acht jaar geleden waren er veel initiatieven; daarna kwamen die door de economische crisis op een laag pitje. We staan nu aan de vooravond van gerichte groei dankzij het Klimaatakkoord.’

Wat vind je als zeezeiler van windmolens op zee?
‘Het was even wennen dat je de route beter moet plannen bij de oversteek naar Engeland. Maar ik kan er nog steeds goed tussendoor varen en er is nog genoeg lege zee. Het is ook mooi, hoe ze op een rijtje staan te draaien.’


Misschien ook interessant