André Bosman (VVD) wil toe naar energie zonder CO2 en zonder subsidies

27 juni 2017

Schoon, betaalbaar en betrouwbaar wordt de energievoorziening als het ligt aan André Bosman, Tweede Kamerlid voor de VVD. Zonder CO2-uitstoot en ook zonder subsidies. “We moeten toe naar een situatie waarin de markt zichzelf kan bedruipen.” De doelen van Parijs moeten in Europees verband geregeld worden, met name via de ETS, vindt Bosman. De grootste uitdaging ziet hij in het verleiden van woningeigenaren om te investeren in de verduurzaming van hun huis.

Welke drie punten moeten er volgens u in de komende vier jaar geregeld worden in het energiebeleid?
“Energie moet schoon, betaalbaar en betrouwbaar zijn. Dat heb ik ook tijdens de verkiezingscampagne vaak gezegd. Schoon betekent op termijn zonder CO2-uitstoot. Dat kan door zon en wind te benutten, maar ook via CCS (ondergrondse opslag van CO2), hergebruik van CO2 of kernenergie. Er zijn veel mogelijkheden. Betaalbaarheid is cruciaal. Je kan de meest interessante opties bedenken, maar als die enorme kosten met zich meebrengen, heb je heel veel subsidie nodig of energie wordt voor veel mensen onbetaalbaar. En een betrouwbare energievoorziening is nodig. Het is toch niet voor te stellen dat we in Nederland zonder energie zouden komen te zitten. In andere landen gebeurt het soms dat de stroom onderbroken wordt als er veel bedrijven bij komen. Dat kan niet; daar word ik onrustig van.”

Wat doet de overheid en wat de markt? Welke taakverdeling is volgens u ideaal?
“De overheid moet slimme bedrijven niet in de weg lopen. De oude gaswet zat bijvoorbeeld meer in de weg dan dat hij oplossingen bood. We moeten goed nadenken welke wetten nodig zijn. Ik zie liever niet dat er regels bijkomen. Ik merk dat de energietransitie altijd harder gaat dan we denken. Innovatie moeten we versnellen met subsidies of met een innovatiebox. Uiteindelijk vind ik dat de energievoorziening op zichzelf moet draaien, zonder subsidie.”

Wat verandert er vooral door de energietransitie?
“Mensen worden naast consument ook meer en meer producent van energie. Het hele fiscale stelsel wordt daardoor anders. Vroeger was het simpel: je had energiecentrales en afnemers. Nu sprak ik pas iemand die zijn hele huis vol zonnepanelen heeft gelegd, waardoor hij geen energiebelasting meer betaalt. Er wordt door steeds minder mensen bijgedragen aan de energiebelasting. Dat vraagt om een herziening van het belastingstelsel op energie.”

Hoe kenschetst u de energietransitie op dit moment en hoe zou het over vier jaar moeten zijn?
“De situatie is nu versnipperd. Over vier jaar hoop ik dat er meer samenhang is. Warmte, duurzame  energie, zon, opslag, isolatie: het is een totaalpakket. We zouden alle facetten samen moeten bekijken bij de vraag hoe mijn energiebehoefte er over 10 jaar uitziet.”

Waar verheugt u zich op in de komende periode?
“De energietransitie gaat snel! Ik ben benieuwd naar innovatieve technieken. Ik zie bijvoorbeeld uit naar mooie oplossingen voor opslag van energie. En ik verheug me ook op de samenwerking met de collega’s in de Tweede Kamer en met de nieuwe minister.”

Op welke technologische doorbraak hoopt u?
“Ik heb grote verwachtingen van waterstof. Dat zou een goede oplossing kunnen zijn voor veel problemen in Nederland. Waterstof kan hopelijk opslag bieden voor een betaalbare prijs.”

Van welk project was u onder de indruk?
“Ik ben bij de eb en vloed stormvloedkering Neeltje Jans geweest. Dat is een hele mooie oplossing, want die energie is er altijd. De combinatie van waterbeheersing, bestaande infrastructuur en verduurzaming van de energieproductie is prachtig. We hebben de vier grote turbines gezien, die je omhoog en omlaag kunt draaien. Je kunt het je voorstellen als een soort windturbine, maar dan onder water en met kleinere schoepen. Alleen bij de wisseling van eb en vloed ligt hij even stil. Je kan nu al uitrekenen wat de stroomopbrengst in 2050 zal zijn.”

Welke ervaring neemt u mee naar de komende vier jaar?
“Ik heb een brede kennis van energie, zowel van de afgelopen zeven jaar in de Kamer als van daarbuiten. Ik hoop het energiedossier te houden en een vliegende start te maken met het nieuwe kabinet. Het mooie van het energiedossier is dat het iedereen raakt. Iedereen heeft energie nodig. Er zitten enorme veranderingen aan te komen. Het is zaak om nu verstandige beslissingen te nemen.”

Wat valt u op aan de duurzame energiesector?
“De energiesector kan zich nog breder manifesteren naar de gewone man en vrouw in de straat. Wat doet de sector, hoe komen ze aan stroom, wat is ervoor nodig? Wind is prima, maar er is daarnaast nog wat anders nodig voor als het niet waait. Mensen zijn gewend aan het gemak waarmee er altijd stroom uit het stopcontact komt. De sector is sterk op techniek gericht, maar het verhaal kan beter uitgelegd worden. Ik besef me dat de energietransitie niet pijnloos zal zijn. We moeten voor veel issues nog oplossingen verzinnen.”

Welke pijn ziet u dan?
“We motiveren nu de windsector door middel van subsidies. Dat zien mensen op hun energierekening. Ik vind dat we met subsidies moeten toewerken naar het moment dat de markt zichzelf kan bedruipen. Bij wind op zee regelde Henk Kamp het zo dat bedrijven alleen het bedrag hoefden te noemen dat ze wilden spenderen, los van alle vergunningaanvragen. Daardoor kunnen de subsidies nu op nul. Dat is goed nieuws. Het is goed dat de SDE+ begrensd is, anders is er geen prikkel om te innoveren. We moeten de kostenefficiency in de gaten houden. Het zal ook een uitdaging zijn om voor al die innovaties ook mensen neer te zetten die ze uitvoeren. En voor opslag moeten we nog oplossingen verzinnen. Er zullen oplossingen bij zijn die niet werken. Dat moeten we opbrengen.”

Wat vindt u van het voorstel van onder andere de NVDE om klimaatdoelen vast te leggen, ook voor CO2-uitstoot, energiebesparing en duurzame energie?
“Laten we gewoon de doelen van het akkoord van Parijs hanteren. Een verdere specificering van Parijs geeft maar gesteggel over teksten. En we moeten het in Europees verband regelen! Anders zal je zien dat we in Nederland onze zaken goed regelen, terwijl de buurlanden niks doen. Dan weet ik wat de industrie gaat doen: vertrekken. Door het Europese emissiehandelsysteem (ETS) gaan de kosten voor uitstoot van CO2 omhoog. Door de emissierechten steeds verder te beperken, kom je vanzelf op nul uit. Je kunt regelen of je in 2040 of 2046 of 2050 op nul uitkomt. Door rechten te verminderen, gaan bedrijven rechten kopen of uitstoot verminderen. Zo simpel is het.”

Als we vooral op ETS mikken, hoeft Nederland voorlopig niks te doen. Is dat wel verstandig?
“De Nederlandse industrie moet blijven innoveren, anders krijgen we last van de wet van de remmende voorsprong. En vergeet ook niet dat Nederland verantwoordelijk is voor maar 0,4 % van de wereldwijde uitstoot. Daarom moeten we het juist Europees aanpakken. Polen loopt inderdaad eerder tegen de grens van het ETS aan. Maar daar moet dan ook nog gigantisch veel veranderen. Ik vind het bijzonder dat men zich nu vooral bemoeit met ETS-sectoren. Volgens ons gaat ETS vanzelf werken. Er is juist te weinig aandacht voor moeilijke zaken, zoals de gebouwde omgeving.”

Wat verwacht u van een nieuw energieakkoord?
“De doelen in het nieuwe energieakkoord moeten een vertaling zijn van Parijs. Ik zie dat graag tot stand komen in samenspraak met alle bedrijven en milieuorganisaties. Zware industrie, besparing in de gebouwde omgeving, het zal allemaal aan de orde komen. Besparing in woningen is heel lastig. Individuele huisbezitters moeten verleid worden om te investeren in de verduurzaming van hun huis. We moeten het interessant maken, ongeacht hun levensfase en zonder dat ze meteen een enorm bedrag hoeven te investeren.
Ik zag pas een veelbelovende technische ontwikkeling: een cv-ketel op waterstof. Als we dan op een slimme manier waterstof maken, bijvoorbeeld met zonnepanelen, dan zijn we al veel verder. Dan kunnen we huizen van het gasnet halen en ombouwen naar elektrisch verwarming, met een batterij ernaast, voor als er ’s avonds stroom nodig is. Dit staat nog in de kinderschoenen. Isoleren hoeft dan niet meer.”

Maar isoleren is toch de goedkoopste eerste maatregel?
“Uiteindelijk gaat het om CO2 reductie. Waterstof stoot geen CO2 uit. Of mensen willen isoleren is dan hun zaak. Laat ze zelf maar bepalen hoeveel energie ze willen gebruiken, als ze maar geen CO2 uitstoten.”

Hoe wilt u het energielabel op woningen inzetten?
“Ik ben terughoudend in verplichtingen om het energielabel te verbeteren. Bij corporaties en bedrijven werkt een verplichting goed. Door de massaliteit zijn de kosten lager. En nieuwbouw moet energieneutraal zijn. Voor de huiseigenaar geeft het label aan wat voor waarde zijn huis heeft. Mensen kopen zelf een huis en het bijbehorende energiekostenpatroon. Een verplichting tot labelverbetering kan aanzetten tot kosteneffectief verbouwen. Maar ik vind het nu nog vrij vroeg om individuele huiseigenaren daartoe te verplichten.”

Wat vindt u van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE)?
“Ik heb de NVDE een paar keer op bezoek gehad. Ik hoor verschillende partijen. Dat geeft een beeld van de belangen op verschillende momenten. Het is goed dat de NVDE er is aan de duurzame kant. De NVDE maakt duidelijk wat er nodig is voor al die technieken en brengt partijen bij elkaar. Het belang van de ene branche is soms tegengesteld aan de andere. Als ik zeg dat je met een waterstofketel niet hoeft te isoleren, zal de isolatiebranche dat niet fijn vinden. Maar het gaat uiteindelijk om reductie van CO2 als overkoepelend doel, niet om het verdienmodel van de een of de ander.”


Misschien ook interessant

Jilles van den Beukel (Haags Centrum voor Strategische Studies): “Snelle vergunningverlening en consistent beleid voorwaarden voor de Europese energietransitie”

Jilles van den Beukel (Haags Centrum voor Strategische Studies): “Snelle vergunningverlening en consistent beleid voorwaarden voor de Europese energietransitie”