Fabrieken, treinen en kantoren draaien steeds vaker volledig op Nederlandse duurzame stroom. Dat blijkt uit een inventarisatie die de Nederlandse Vereniging van Duurzame Energie (NVDE) heeft gemaakt. Grote bedrijven die overstappen op oranje-groene stroom versnellen de overgang naar volledig duurzame energie. Zij krijgen ook een hogere waardering van hun klanten, zo blijkt uit opinieonderzoek dat de NVDE heeft laten doen.
Bedrijven als motor in de energietransitie
Grote bedrijven worden steeds meer een motor in de energietransitie. Naast pleidooien voor ambitieuze klimaatdoelen nemen bedrijven ook hun eigen verantwoordelijkheid door te kiezen voor duurzame energie uit Nederland. Koplopers zoals de ASN Bank en de Triodosbank krijgen navolging van vele grote bedrijven. De overstap van grote bedrijven naar duurzame energie is essentieel: de industrie gebruikt ruim 40% van de energie in Nederland.
Uit onderzoek van de NVDE kwamen tien mooie voorbeelden naar voren. Directeur Olof van der Gaag: “De NVDE is heel blij met deze trend en complimenteert deze bedrijven. Energie is een strategische en cruciale ‘grondstof’ van onze economie en samenleving. Oranje-groene energie maakt ons onafhankelijk van geopolitieke strijd en landen met dubieuze regimes. Het biedt mensen en bedrijven betrouwbare en betaalbare energie. Nieuwe energie is een bron van economische kansen en innovaties. Het vraagt hoogwaardige kennis waar Nederland in voorop kan lopen. Volop kansen voor het bedrijfsleven dus.’
Groene fabrieken, kantoren, winkels, huisjes en treinen
PostNL, ABN Amro, KPN en Landal GreenParks kopen hun stroom al 100% oranje-groen in: afkomstig van duurzame Nederlandse bronnen. Andere bedrijven bereiken dit in 2020, zoals FrieslandCampina. Bijvoorbeeld AkzoNobel doet dat al voor het hoofdkantoor – en streeft voor het hele bedrijf naar 60% duurzame Nederlandse stroom in 2020.
De treinen van de NS rijden vanaf volgend jaar op 100% groene stroom. Dat is een enorme positieve impuls omdat het gaat om 1 procent van het totale Nederlandse elektriciteitsverbruik. De elektriciteit voor de treinen komt uit nieuwe windparken in Nederland (50%), België en Scandinavië.
Alle stroom voor Unilever in Nederland komt van Nederlandse windmolens. In 2030 wil het bedrijf zelfs ‘energiepositief’ zijn: meer duurzame energie opwekken dan verbruiken. Ook het Amerikaanse bedrijf Google heeft zich tot doel gesteld 100% duurzame energie te gebruiken. Het grote nieuwe datacenter in de Eemshaven zal volledig draaien op duurzame energie.
Zelf energie opwekken
Ook produceren veel grote bedrijven zelf steeds meer groene energie. Zo heeft PostNL zonnepanelen op de daken van zijn pakkettensorteer- en distributielocaties. Naar verwachting is dit goed voor 40% van de elektriciteitsbehoefte van deze locaties. Bierbrouwerij Heineken plaatst 12.000 zonnepanelen op alle distributiecentra, heeft vier grote windmolens bij de brouwerij in Zoeterwoude in gebruik en wekt stroom op via biogas en waterkracht.
Klanten waarderen keuze oranje-groen
Nederlanders hebben een duidelijke mening over bedrijven die kiezen voor 100% oranje-groene energie. 60% van de Nederlanders vindt dat bedrijven uitsluitend duurzame energie geproduceerd in Nederland moeten gebruiken (12% vindt dat niet). En 53% heeft een positiever beeld van bedrijven die uitsluitend duurzame energie gebruiken dan van bedrijven die (ook) niet-duurzame energie gebruiken (11% niet). Dit blijkt uit onafhankelijk representatief onderzoek dat NVDE heeft laten doen onder ruim 1.000 Nederlanders door bureau Panelwizard.
Overheid
Ook het Rijk gaat over op Nederlandse duurzame energie, zo is vorige week aangekondigd. Nu gebruikt het ministerie van Infrastructuur en Milieu al wel 100% duurzame Nederlandse stroom, net als grote steden zoals Utrecht en Almere.
Vooralsnog zal de groene stroom van de overheid voor 70 procent van wind- of zonne-energie uit Europese landen en voor 30 procent uit nieuwe Nederlandse windparken of zonne-energieprojecten komen. Uiteindelijk wil het Rijk alleen elektriciteit inkopen uit Nederlandse duurzame productie en dan het liefst zo veel mogelijk opgewekt op Rijksgrond.