NVDE: Normeren duurzame verwarming nodig voor klimaat en energieonafhankelijkheid

1 mei 2023

Vandaag maakte minister De Jonge de uitwerking bekend van de voorgenomen normering voor verwarmingsinstallaties per 2026. De Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE) is er blij mee. Door deze normering ontstaat duidelijkheid voor woningeigenaren en voor bedrijven. Leveranciers en installateurs weten nu al jaren vooraf wanneer de duurzame warmtebronnen de standaard zullen worden. Zij zullen zich daarop voorbereiden. Normering levert een forse CO2-reductie op die nodig is om de klimaatdoelen binnen bereik te brengen en maakt Nederland onafhankelijker van buitenlands aardgas.

Alle technieken
Als de verwarmingsinstallatie aan vervanging toe is, zal vanaf 2026 een duurzamer alternatief dan een gas-cv-ketel verplicht worden, bijvoorbeeld minimaal een (hybride) warmtepomp De verwachting is dat warmtepompen goedkoper zullen worden als deze manier van verwarmen de regel wordt, in plaats van de uitzondering.
De NVDE zou graag een combinatie zien van deze normering en een extra impuls voor isolatie. Om de klimaatdoelstellingen te halen, zijn alle duurzame technieken nodig. De NVDE vindt dat de normering niet moet leiden tot een toepassing van slechts één techniek, waardoor andere huidige duurzame technieken buiten de boot vallen. Het stimuleren van combinaties van duurzame technieken, zoals bijvoorbeeld een warmtepomp samen met een zonneboiler, bioketel of PVT is daarom noodzakelijk.

Financiering en handhaving
Flankerend beleid is essentieel voor de doelmatigheid van deze normering. Haalbaarheid en betaalbaarheid of financierbaarheid zijn de belangrijkste randvoorwaarden voor het maatschappelijke draagvlak. Daarvoor is het van belang dat er voldoende stimulerings- en financieringsinstrumenten blijven bestaan (waaronder verhoging van de inkomensgrens voor de nul procent rente-lening vanuit het Warmtefonds, gebouwgebonden financiering en ISDE-subsidie bij huurcontracten). Het klimaatplan dat het kabinet vorige week lanceerde biedt al een aantal goede financiële randvoorwaarden, zoals extra budget voor de ISDE-subsidie en meer ruimte voor gunstige leningen.
Ook handhaving verdient nog veel aandacht, want anders werkt normering niet. Het verplichten van de installateur om de afgedankte cv-ketel af te melden, via bijvoorbeeld de CO-certificering (de Gasketelwet) kan een goede vorm zijn. Bij het verkopen van een woning, kan de verkopende makelaar handhaven. Deze twee vormen van handhaving vragen geen capaciteit van gemeenten.
De NVDE vindt een terugverdientijd van zeven jaar voor het bepalen van de uitzonderingen een begrijpelijke keuze, maar vraagt zich wel af hoe dit in de praktijk plaatsvindt. De stijging van de woningwaarde door de verduurzaming zou moeten worden meegewogen bij het berekenen van de terugverdientijd.

Niet teveel uitzonderingen
Het is belangrijk dat er niet te veel uitzonderingen worden gemaakt, waarbij een duurzame warmtevoorziening toch niet verplicht wordt. Het subsidiëren van bijvoorbeeld geluidskasten voor warmtepompen kan hieraan bijdragen, want anders wordt de terugverdientijd van zeven jaar soms niet gehaald. Individuele toepassing van hybride warmtepompen vraagt geen verzwaring van de elektriciteitsaansluiting. Dat is dus geen uitzonderingsreden. Vanwege de impact op het laagspanningsnet bij bijvoorbeeld all-electric warmtepompen en collectieve uitrol van hybride warmtepompen is het van belang dat alle apparaten smart-grid ready worden toegepast, zoals ook verplicht is in België. Zo kan het elektriciteitsnet ook in de toekomst in balans blijven.

Warmtenet
Vanzelfsprekend worden woningen in buurten of wijken die op een collectief warmtenet worden aangesloten, wel uitgezonderd van de verplichting. Het is van belang dat dat alleen gebeurt als er concrete plannen zijn om binnen tien jaar een warmtenet aan te leggen. Hierbij is het belangrijk dat er een juridische grondslag bestaat, zoals voorgesteld via de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) en de bewoner en installateur gemakkelijk inzage hebben.

Situaties met een reeds aangebrachte duurzame installatie, zoals een hybride warmtepomp of een gasketel gecombineerd met een zonneboiler, zouden bij vervanging van de cv-ketel eveneens moeten worden vrijgesteld van de verplichting.

Brief regering: Reikwijdte normering verwarmingsinstallaties


Misschien ook interessant

Jilles van den Beukel (Haags Centrum voor Strategische Studies): “Snelle vergunningverlening en consistent beleid voorwaarden voor de Europese energietransitie”

Jilles van den Beukel (Haags Centrum voor Strategische Studies): “Snelle vergunningverlening en consistent beleid voorwaarden voor de Europese energietransitie”