Er zijn naar schatting 23.000 tot 28.000 extra werknemers nodig om de klimaatdoelen te halen. Tegelijkertijd daalt het aantal mensen met technische kwalificaties in vergelijkbaar tempo. Dat blijkt uit onderzoek door Ecorys in opdracht van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE). De energietransitie is een kans op de arbeidsmarkt maar dat vraagt wel om een stevige impuls voor (om)scholing. De NVDE pleit voor een omscholingsfonds en afschaffing van het collegegeld voor MBO-techniek, met een extra bonus voor meisjes. Vakmensen verdienen meer waardering en zouden ook een titel moeten krijgen.
“Het vele werk aan de energietransitie is een belangrijke kans, zeker in tijden van economische crisis, maar het is ook een kritische succesvoorwaarde voor het klimaatbeleid,” zegt Olof van der Gaag, directeur NVDE. “Er zijn maatregelen nodig om vele jongeren en omscholers te laten zien hoe mooi het is om in de energietransitie te werken en ze daarvoor toe te rusten,” zegt Olof van der Gaag, directeur Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE). “Feitelijk heb je met MBO-techniek een baangarantie. Laten we bovendien het collegegeld voor MBO-techniek afschaffen en meisjes een extra bonus geven. En erken vakmensen door ze ook een titel te geven, net als op het HBO en de universiteit. Verder pleiten wij voor een omscholingsfonds, voor mensen die hun baan verliezen in de oude energievoorziening of nu bijvoorbeeld werkloos worden door Corona”.
Onderzoek Ecorys
Ecorys heeft onderzocht wat de werkgelegenheidseffecten zijn van extra klimaatbeleid. Daarvoor is het vastgestelde beleid vergeleken met een scenario waarin Nederland de doelstelling van het klimaatakkoord haalt (-49% CO2 in 2030) en een scenario waarin Nederland uitkomt op -55% in 2030. De scenario’s zijn gebaseerd op de varianten A en B uit het recent verschenen rapport ‘Bestemming Parijs’ van de werkgroep Van Geest. Het huidige beleid is gebaseerd op de Klimaat- en Energieverkenning 2020 (KEV) van PBL, waarin Nederland uitkomt op -34% CO2 in 2030.
In het rapport schat Ecorys dat deze scenario’s respectievelijk 23.000 en 28.000 extra banen zullen opleveren (zie figuur 1). Deze banen komen bovenop de bestaande groei van het aantal banen in de energietransitie. In andere sectoren zullen er ook banen verdwijnen, maar dat zijn er beduidend minder en deze mensen zijn ook niet vanzelf gekwalificeerd om de nieuwe banen in te vullen.
Terwijl de vraag naar mensen toeneemt, neemt het aanbod helaas af. Zeker voor mensen met een technische beroepsopleiding is die spanning nu al groot en zal die verder stijgen. Het aantal MBO-studenten in de techniek neemt tussen 2020 en 2030 naar verwachting af met zo’n 24.000 mensen. (figuur 2). Ook het aantal gediplomeerden met HBO-techniek daalt.
Om de energietransitie te doen slagen, is er naast klimaatbeleid dus ook actief arbeidsmarktbeleid noodzakelijk. Er zijn tienduizenden vakmensen nodig. Deze mensen moeten met hun kennis en kunde de energietransitie uiteindelijk in de praktijk gaan brengen.
Het rapport doet daarom een aantal aanbevelingen voor (1) het beter benutten van bestaand aanbod (ook door verhoging van de arbeidsproductiviteit), (2) het vergroten van aanbod door onderwijs en (3) het verkleinen van de mismatch tussen vraag en aanbod, bijvoorbeeld door omscholing. De NVDE heeft eerder met WENB en Netbeheer Nederland gepleit voor investeringen in onderwijs en scholing, aantrekkelijk werkgeverschap en ondersteuning van mobiliteit op de arbeidsmarkt. Ook Techniek Nederland is recent met een plan gekomen om techniekonderwijs een impuls te geven.
Lees hier het rapport Klimaatbeleid en de arbeidsmarkt – Ecorys, 26 februari 2021