Hogere klimaatambities bereikbaar door lagere kosten duurzame stroom

26 april 2018

Het Klimaatakkoord kan ambitieuzer worden. De benodigde extra CO2-reductie tot 2030 is 11 megaton lager dan in het regeerakkoord staat, zo blijkt uit de Kostennotitie van het PBL, die vandaag verscheen. Dat komt onder andere doordat het opwekken van duurzame stroom goedkoper is geworden. Daardoor hoeft de overheid minder kosten te maken om de doelen te bereiken.
De kosten van 49% CO2-reductie in 2030 zijn aanzienlijk lager dan eerder geschat: niet 3,5 – 5,5 miljard per jaar maar 2,1 – 3,3 miljard euro. De doelstelling van -55% CO2 komt daardoor makkelijker binnen bereik. Verdere elektrificatie van industrie, mobiliteit en gebouwde omgeving met oranje-groene stroom gaat Nederland kosteneffectief verduurzamen.

Zon en wind op land goedkoopste
De nationale kosten voor zon- en wind op land zijn veranderd in nationale opbrengsten van €20 per vermeden ton CO2. De NVDE is blij dit te zien in de Kostennotitie Energie van het PBL, die vandaag verscheen. Maar dat gaat niet vanzelf. Er moeten wel degelijk afspraken worden gemaakt om die kostenreductie te realiseren. Daar wil de NVDE flink mee aan de slag. We moeten tot goede plannen komen om ruimte te vinden voor wind- en zonne-energie, inclusief de inpassing in natuur en landschap en voldoende participatie van burgers. Met goede afspraken is het eind van de kostendaling nog lang niet in zicht.

Elektrificatie
Met een verdere elektrificatie van industrie, vervoer en gebouwde omgeving kunnen de kosten nog verder omlaag. Ook de hogere ambitie bij wind op zee wordt dan gunstiger dan nu in de PBL-cijfers.

Korte termijn doelen recht overeind
Wiebes schrijft in zijn brief aan de Kamer dat hij onverkort vasthoudt aan de doelstellingen van het huidige Energieakkoord voor 2020 en 2023. Het is goed dat hij dat expliciet benoemt. Het PBL rekent namelijk met een referentiescenario zonder SDE+-subsidie, waarbij die doelen niet gehaald worden. De NVDE is blij dat Wiebes bevestigt dat hij de doelen van het EA onverkort wil halen: bij het maken van afspraken over nieuwe doelen in het klimaatakkoord is het cruciaal om tegelijkertijd de bestaande doelen te realiseren

Gebouwde omgeving
De energietransitie in de gebouwde omgeving is nog relatief duur. Het is goed dat minister Wiebes erkent dat die met het oog op 2050 wel noodzakelijk is. De NVDE werkt met anderen aan kostenreductie, via een aanpak zoals ook bij wind op zee succesvol is gebleken: schaal maken, goed organiseren en aantrekkelijk maken voor mensen. De NVDE heeft er vertrouwen in dat hier onder leiding van Diederik Samsom en met inzet van alle betrokkenen een doorbraak mogelijk is, zoals het Energieakkoord die bevatte voor wind op zee.

Industrie
Voor de industrie is duidelijk dat besparing ook zeer kosteneffectief is (meestal geld oplevert). Een verdere elektrificatie van de industrie is niet helemaal doorgerekend, maar op basis van de voorziene kostendaling van elektriciteit is het zeer de moeite waard om uit te werken in het Klimaatakkoord. Ook met oog op de lange termijn is dit een belangrijke mogelijkheid, die nu financieel een stuk aantrekkelijker is geworden.
Een aantal zon- en wind-opties zijn goedkoper geworden dan CCS. Zij krijgen dan ook een  hoger aandeel in de pakketten (20 Gigawatt). Wiebes gaat uit nu uit van 7,2 megaton CCS in de industrie in plaats van de eerder geplande 18 megaton. De NVDE vindt de nieuwe inschatting een stuk haalbaarder.

Mobiliteit
Het PBL geeft een optimistischer inschatting van de kostendaling van elektrische auto’s. De  kabinetsambitie van nulemissie-auto’s heeft nationale opbrengsten van €60 per vermeden ton CO2. Ook CO2-normen voor auto’s en zuinige banden leveren geld op.

PBL-notitie “Kosten Energie- en Klimaattransitie in 2030 – Update 2018”


Misschien ook interessant

Jilles van den Beukel (Haags Centrum voor Strategische Studies): “Snelle vergunningverlening en consistent beleid voorwaarden voor de Europese energietransitie”

Jilles van den Beukel (Haags Centrum voor Strategische Studies): “Snelle vergunningverlening en consistent beleid voorwaarden voor de Europese energietransitie”