Het is erg onzeker of de Nederlandse CO2-uitstoot in 2020 25 procent lager is dan in 1990, blijkt uit een studie van CE Delft in opdracht van de NVDE. De rechter heeft in de Urgenda-klimaatzaak bepaald dat de uitstoot in 2020 25 procent lager moet zijn dan in 1990. Op basis van een analyse van de belangrijkste ontwikkelingen blijkt dat het bereiken van dat doel hoogst onzeker is. Na 2020 dreigt de uitstoot zelfs flink op te lopen. Daarom is er extra actie nodig, zegt de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE)..
In 2015 heeft de rechtbank beslist dat de Nederlandse Staat ervoor moet zorgen dat de uitstoot van broeikasgassen in Nederland in 2020 25 procent lager is dan in 1990 (het Urgenda-vonnis).
In opdracht van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE) heeft CE Delft een analyse uitgevoerd naar de kans om – op basis van de huidige omstandigheden – deze 25 procent CO2-reductie in 2020 te halen. In deze studie zijn de nieuwste ontwikkelingen meegenomen, zoals de lagere realisatie van nieuwe windparken op land, het stopzetten van een groot project voor CO2-opslag (ROAD) en lagere verwachtingen over elektriciteitsimport.
Die ontwikkelingen maken het behalen van de doelstelling van Urgenda helaas hoogst onzeker. Om de doelstelling te realiseren, mag Nederland in 2020 maximaal 167 Megaton broeikasgassen uitstoten. Volgens deze studie van CE Delft verhogen deze ontwikkelingen de Nederlandse uitstoot in 2020 met 0,5 tot 10 Megaton CO2. Dat beperkt onze reductie volgens de NVDE tot 20,5% tot 24,8% in plaats van 25%, ondanks alle goede inspanningen.
De onzekerheid wordt grotendeels veroorzaakt doordat er verschillende inschattingen zijn over de hoeveelheid elektriciteitsimport: hoe meer import van elektriciteit, hoe lager de Nederlandse CO2-uitstoot is. De huidige aanname dat er de komende jaren veel elektriciteit zal worden ingevoerd, is uitermate wankel. Consensus is er echter wel over de verwachting dat Nederland na 2020 exporteur wordt van elektriciteit. Dat verhoogt de Nederlandse CO2-uitstoot na 2020 fors. Er is dus extra beleid nodig om zeker te stellen dat de CO2-uitstoot in 2020 voldoende afneemt om te voldoen aan de uitspraak van de rechter – en om te zorgen dat de CO2-uitstoot ook na 2020 blijft afnemen, zeker gezien het Parijse klimaatakkoord met de noodzaak tot veel verdere reductie. De verschuiving van importeur naar exporteur maakt die uitdaging aanmerkelijk groter.
De NVDE vindt dat er naast extra actie een duidelijke, stabiele en ambitieuze doelstelling nodig is om de energietransitie succesvol voort te zetten. De grote onzekerheid die deze studie laat zien, toont dat beleid dat enkel focust op CO2 daarvoor een te smalle basis is: het is schieten op een bewegend doel. Daarom is de NVDE voor een klimaatwet met doelen voor energiebesparing en hernieuwbare energie – uiteraard afgestemd op het bredere CO2-doel. Zo komt er meer zekerheid over het realiseren van een schone energievoorziening en weten burgers en bedrijven waar ze aan toe zijn.