De NVDE is verheugd dat de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat afziet van de voorgenomen verlaging van de vermenigvuldigers voor het inboeken van Hernieuwbare Brandstofeenheden (HBE) voor elektriciteit (4) en groene waterstof (2,5). Hoewel de NVDE sympathie heeft voor het idee dat er meer ruimte moet komen om CO2-reductie te halen was dit niet de juiste route om dat doel te bereiken.
De verlaging zou komen op het moment dat de businesscase van laad- en tankinfrastructuur toch al hard geraakt wordt door stijgende elektriciteits- en waterstofprijzen, het aflopen van de BTW verlaging op energie, en de afbouw van overige stimuleringsmaatregelen. Daarmee was er een zeer reëel risico dat de uitrol van deze infrastructuur vertraagd zou worden, terwijl het een cruciale randvoorwaarde is voor de transitie naar zero-emissie mobiliteit en dus minder afhankelijkheid van (Russische) aardolie.
De huidige vermenigvuldiger voor elektriciteit en groene waterstof biedt juist de mogelijkheid om zero-emissie mobiliteit op een budget neutrale wijze te stimuleren, en de businesscase voor laad- en tankinfrastructuur te verbeteren. Op deze manier financiert de fossiele tankinfrastructuur direct de uitrol van zero-emissie infrastructuur. Dat is noodzakelijk omdat de mobiliteitssector nog ver verwijderd is van de klimaatdoelen voor 2030.
Verhogen jaarverplichting
De NVDE steunt het achterliggende doel van versnelde vervanging van fossiele brandstoffen en extra CO2-reductie. De staatssecretaris geeft aan te onderzoeken hoe dat op korte termijn bereikt kan worden. De NVDE denkt dat dit kan door de jaarverplichting te verhogen. Hiermee creëert de staatssecretaris ruimte voor extra hernieuwbare brandstoffen, zonder de transitie naar zero-emissie mobiliteit te remmen.