Wouter Bos, CEO van Invest-NL: “We nemen meer risico en zijn geduldiger.”

6 februari 2020

“Voor een klimaatneutrale economie zijn er technologieën nodig die nu nog niet bestaan. Die moeten we nu al ontwikkelen, en niet pas als de wal het schip keert,” zegt Wouter Bos, CEO van Invest-NL en voormalig minister van financiën. Invest-NL is bereid om meer risico te lopen dan banken en kan langer wachten op zijn geld. Dat bedrijven zich in de NVDE verenigen rondom de energietransitie, vindt hij een teken dat het een commercieel interessante tak van de economie is geworden. “Dat iedereen weet dat het serieus wordt, maakt veel creatieve kracht vrij.” Bos gaat graag met de NVDE in gesprek over het bij elkaar brengen van vraag en aanbod van financiering. Zijn gedrevenheid start dicht bij huis. “Gelukkig kan ik nu een beter antwoord geven op de vraag van mijn kinderen wat ik aan het klimaat doe.”

U zei bij de lancering van Invest-NL dat de energietransitie prioriteit krijgt. Waarom eigenlijk?
“We zijn er om grote maatschappelijke transities te financieren. Dat staat in de wet waarmee Invest-NL is opgericht. We zijn daar ook nodig, gezien de vele onzekerheden waarmee transities gepaard gaan. Traditionele financiers vinden dat riskant. De energietransitie is van alle transities het meest concreet en er bestaat ook het meeste draagvlak voor, zowel bij het publiek als bij de markt. Daarom gaan we daar beginnen.”

Hoe raakt klimaatverandering u?
“Dat is het meest direct voelbaar en hoorbaar doordat ik kinderen heb die er actief mee bezig zijn. Zij vinden Greta Thunberg een held en vragen zich hardop af waarom hun vader niks met dit thema doet. Daar heb ik nu gelukkig een beter antwoord op dan voorheen. Bij ons thuis is klimaatverandering een gespreksonderwerp. Zo hebben we de afgelopen week voor het eerst een elektrische auto gekocht.”

Wat is volgens u de belangrijkste bottleneck voor een klimaatneutraal Nederland in 2050?
“Op dit moment zijn er nog veel bottlenecks. In essentie zijn er voor een klimaatneutrale economie technologieën nodig die nu nog niet bestaan. Er ligt nog veel op de tekentafel en er kan nog van alles mis gaan. Toch moeten deze technologieën over dertig jaar onze economie dragen. Er is veel beleid, governance en beprijzing nodig om dat voor elkaar te krijgen. Door de stapeling van onzekerheden is het voor banken lastig om nu al een positie in te nemen.
Onze manier van leven verandert in kleine stapjes. Er zijn gevoelige dossiers, zoals vliegvakanties en wel of niet vegetarisch eten. Dat debat is nu al hevig en dat blijft voorlopig hevig. Met dit soort grote transities wil je tijdig beginnen en niet pas als de wal het schip keert. Je wil niet dat er eerst een crisis nodig is. Het publieke draagvlak voor zo’n grote transitie is kwetsbaar.”

Hoe voelt het dat Invest-NL op 16 januari eindelijk gelanceerd is?
“Heerlijk!” (zegt hij uit de grond van zijn hart) “U moet zich voorstellen dat wij de afgelopen periode al de markt op gingen en serieuze gesprekken voerden met ondernemers. Maar als puntje bij paaltje kwam, moesten we steeds zeggen: ‘Nee, het mag nog niet want het gesprek met het parlement loopt nog.’ Dat was frustrerend voor ons en onze gesprekspartners. Het is fijn dat we nu aan de slag kunnen.”

Hoe ziet u de rol van Invest-NL in de energietransitie?
“We hopen dat we een paar rollen kunnen vervullen. Bijvoorbeeld in markten die nu nog niet financierbaar lijken, zoals warmtenetten die worden gevoed met geothermie. Daar hebben velen de mond van vol, maar het lukt nog lang niet overal. De financieringsrisico’s zijn te groot, er zitten te veel partijen om de tafel of de wettelijke regels zijn nog niet rond. Wij kunnen onze rol spelen in de ontwikkeling door partijen rond de tafel te brengen of door gewoon te beginnen. Een mooi voorbeeld is de Green Investment Bank in het Verenigd Koninkrijk: die financierde projecten die voorheen niet financierbaar waren, bijvoorbeeld windenergie op zee. Uiteindelijk was die bank niet meer nodig. Dat zou voor ons ook een mooie route zijn. We werken aan de ontwikkeling van projecten zolang dat nodig is. Wij zijn bereid om meer risico te lopen en kunnen langer wachten op ons geld..”

Iedereen zegt graag te willen investeren in duurzaam: banken, pensioenfondsen, lokale investeringsmaatschappijen, Groenfonds. Wat gaat Invest-NL anders doen dan andere financiers?
“Banken mogen sinds de bankencrisis minder risico nemen. Eén van de gevolgen is dat ze al meteen omzet willen zien. Wij verkeren in de positie om de fase daarvoor al in te stappen, als de fabriek nog gebouwd moet worden. We kunnen een achtergestelde positie innemen. We staan niet vooraan in de rij om ons geld op te eisen als er iets mis gaat. En we kunnen aandelen nemen voor grotere bedragen en instappen voor langere tijd. Invest-NL heeft ook een bijzondere band met EU-programma’s, waar Nederland tot nu toe relatief weinig gebruik van maakt.”

Kent u de NVDE? Hoe kunnen Invest-NL en de NVDE samenwerken om een match te maken tussen de vraag naar financiering en het aanbod?
“Ik weet wie jullie zijn, al zijn er nog geen directe contacten. Het feit dat werkgevers en bedrijven zich verenigen rondom de energietransitie, vind ik een teken dat het steeds meer een renderende markt aan het worden is. Het is een commercieel interessante tak van de economie. Wij worden geacht samen met anderen op te treden waar er knelpunten zijn. De NVDE is één van de kanalen waarlangs we dat willen doen. We houden ons nu al goed op de hoogte via jullie nieuwsbrieven. En als jullie concluderen dat het verstandig is om eens te praten, dan weten jullie ons te vinden. Jullie zijn welkom.”

Scale-ups, zoals bijvoorbeeld Lightyear, hebben per definitie nog geen jarenlang bewijs dat de businesscase klopt en hebben dus moeite om financiers te vinden. Hoe kan Invest-NL daarbij helpen?
“Er is enige voorzichtigheid geboden; ik kan geen commentaar geven op individuele bedrijven. Lightyear kennen we; dat is een bijzonder bedrijf. We kijken steeds of de business case klopt. Is er een reële kans dat we het geld terug krijgen? Zijn er andere financiers die het zien zitten? Het wordt voor ons interessant als partijen erin geloven die de technologie echt kennen. Het verschilt enorm, van aanvraag tot aanvraag. Veel scale-ups vinden los van Invest-NL financiering door marktpartijen, bijvoorbeeld kleinere bedragen voor applicaties en platforms. Als het gaat om grotere bedragen voor een fysiek apparaat of voor het bouwen van een fabriek, zijn wij vaker nodig. Een fabriek die een totaal nieuwe warmtepomp maakt, is een logischere klant dan een fabriek die bestaande, al verkrijgbare warmtepompen produceert en geld nodig heeft om uit te breiden.”

Invest-NL kan meer ‘krassen’ oplopen dan banken, zei u bij de lancering, maar moet wel renderen. Hoe gaat dat samen?
“We moeten renderen, maar dat betekent iets anders dan bij een commercieel private equity bedrijf. Zij willen met rendement in de dubbele cijfers kunnen terugkomen. Wij willen terughalen wat we erin stoppen, misschien met een klein plusje. Onze aandeelhouder, het ministerie van Financiën, accepteert dat we meer risico nemen en langer op ons geld wachten. We accepteren dat het vaker fout zal lopen. Maar we leveren geen gratis geld. We rekenen er een goede prijs voor.”

Kunt u voorbeelden geven van activiteiten die grote kans maken op financiering door Invest-NL?
“IT startups zijn onwaarschijnlijk, want die lijken al goed financierbaar in de markt. Activiteiten waar we waarschijnlijk wel een rol kunnen spelen zijn bijvoorbeeld industriële innovaties rond het benutten van CO2 die vrijkomt, opslag van warmte, opslag van elektriciteit en het verduurzamen van de mobiliteit en van de gebouwde omgeving.”

U noemde dat er in Brabant veel innovatieve bedrijven zijn. Waar ziet u dat nog meer?
“De TU Eindhoven is net als de universiteiten in Delft, Wageningen en Twente een kern van innovatieve bedrijvigheid. We zorgen dat we daar zichtbaar en beschikbaar zijn.”

Invest-NL is er voor de projecten vanaf € 5 miljoen. Welke mogelijkheden ziet u voor die kleinere categorie, onder de ondergrens van Invest-NL?
“Er zijn in Nederland gelukkig genoeg financieringsmogelijkheden zoals regionale investeringsmaatschappijen en de RVO, die subsidies en kredieten verstrekt. Eén gebouw met een zonnepaneel financieren is voor ons niet interessant maar een project met tien of honderd gebouwen met zonnepanelen misschien wel. De schaalgrootte speelt een rol. We kunnen er ook aan werken om hele wijken van het gas af te halen.”

Wat vindt u van het Klimaatakkoord en de financiële tafel? Wat is volgens u het belangrijkste resultaat? Waar is nog extra aandacht voor nodig?
“Het Klimaatakkoord is een belangrijk startpunt, dat we in de komende dertig jaar ten uitvoer gaan brengen. Het is fantastisch dat er zoveel mensen aan meewerken. ‘Het is een heropleving van het Nederlandse poldermodel,’ hoorde ik minister Wiebes pas nog zeggen. Dat iedereen weet dat het serieus wordt, maakt veel creatieve kracht vrij. Invest-NL was betrokken bij de financiële tafel en gaat daarmee door. Het beleid en de governance moeten veranderen. Dat is voor elk issue verschillend. Het ligt anders bij warmtenetten dan bij de binnenvaart. De financiële sector als geheel heeft het Klimaatakkoord onderschreven. Dat is uniek, dat vind je nergens anders in Europa. De sector heeft afgesproken hoe ze de energietransitie gaat financieren en hoe ze daarvan verslag legt. We gaan allemaal onze bijdrage verantwoorden.”

Heeft klimaatverandering voldoende een prijs?
“Nog niet. Dat gaat veranderen met de komst van een CO2-taks. Daar wordt momenteel aan gewerkt. Die gaat in per 1 jan 2021, dus die zal binnenkort wel naar buiten komen.”

Hoe ziet u de relatie tussen het streven naar een circulaire economie en de energietransitie?
“Er is een grote overlap, al zijn het wel verschillende transities. In de energietransitie maken we meer gebruik van elektriciteit en batterijen. Daarmee doen we een groter beroep op schaarse grondstoffen, met name metalen. In het kader van de circulaire economie kun je je afvragen of dat wel verstandig is. Andersom is er extra energie nodig voor recycling. Zo kunnen de energietransitie en de circulaire economie met elkaar gaan schuren. In de circulaire economie zie je nu vooral nog kleine bedrijfjes, die hun verdienmodellen uittesten. De energietransitie is al op een grotere schaal en daar zijn ook al meer bewezen werkende verdienmodellen in de markt.”

Hoe duurzaam woont en reist u zelf?
“Zoals gezegd hebben we afgelopen weken een elektrische auto aangeschaft. We zijn nu aan het bestuderen hoe het werkt met laadpalen en wandcontacten. Nee, dat hadden we nog niet vooraf geregeld; dat heeft te maken met parkeerproblematiek. Andere stappen die ik zet variëren van een weekend Londen, waarvoor ik nu de trein neem in plaats van het vliegtuig. Ik ben al een jaar of veertig vegetariër. Daar ben ik ooit om andere redenen mee begonnen, maar het is nu wel passend. Het hele gezin eet trouwens steeds minder vlees. We wonen in een huis uit het eind van de negentiende eeuw. We nemen kleine stapjes zoals isolatiemaatregelen en we willen uiteindelijk ook van het gas af. Dat plan is nog helemaal in opbouw.”

 


Misschien ook interessant

Jilles van den Beukel (Haags Centrum voor Strategische Studies): “Snelle vergunningverlening en consistent beleid voorwaarden voor de Europese energietransitie”

Jilles van den Beukel (Haags Centrum voor Strategische Studies): “Snelle vergunningverlening en consistent beleid voorwaarden voor de Europese energietransitie”