Zonder ambtenaar geen energietransitie

14 oktober 2019

“De energietransitie vraagt nieuw wetgeving en ambtenaren zijn hierbij onmisbaar.” Dat stelt Olof van der Gaag in zijn vaste column voor Energiepodium op 10-10-2019.

De overgang naar een schone energievoorziening zorgt voor veel nieuwe banen. TNO heeft uitgerekend dat het wel 70.000 nieuwe banen kan opleveren, van windmolenaars tot warmtepompmonteurs, zo schreef ik al eerder op Energiepodium. Deze mensen maken letterlijk werk van de energietransitie. Er is nog veel inzet nodig om voldoende van deze doeners te vinden, opleiden en motiveren. Daar is terecht veel aandacht voor. Iedereen heeft inmiddels door dat dit een cruciale succesfactor is, nu nog de vertaling naar extra actie.

“Niet sexy: meer ambtenaren nodig”

Minder zichtbaar is dat we naast doeners ook extra ‘regelaars’ nodig hebben. Een belangrijke groep die veel randvoorwaarden voor een succesvolle transitie moet regelen en organiseren, is de ambtenaar. Het is misschien niet zo sexy en populair om te zeggen, maar daar hebben we er ook echt meer van nodig. Alleen al het Klimaatakkoord bevat honderden afspraken die leiden tot aanpassing van de wetgeving of andere acties van de overheid.
Minister van Mierlo kreeg ooit de vraag hoeveel ambtenaren er op zijn ministerie werkten – en zijn grappende antwoord was ‘de helft’. Die grap is inmiddels zeer achterhaald, zeker voor de ambtenaren die zijn betrokken bij de energietransitie. Toch is het al decennia gewoonte om in nagenoeg alle regeerakkoorden en verkiezingsprogramma’s te pleiten voor verkleining van de ambtenarij. Maar zo’n ingrijpende verandering van het energiesysteem als we nu doormaken, kan niet samen gaan met een taboe op de inzet van meer ambtenaren.

“Wetten over energiedragers komen uit ander tijdperk”

Bijvoorbeeld alle grote wetten over onze energiedragers zijn geschreven in een ander tijdperk en moeten worden herzien: de elektriciteitswet, de gaswet, de warmtewet en de benzinewet. Het belangrijkste werkpaard van de transitie is de nieuwe subsidieregeling SDE++. Daar gaat straks jaarlijks ruim 3 miljard euro in om – en dat moet op de best mogelijke manier in eerlijke competitie worden besteed. Vele fiscale regelingen worden hervormd: bijvoorbeeld de energiebelasting en de bijtellingsregeling. En er komt een slimme CO2-heffing op vermijdbare uitstoot voor de industrie. Ondertussen moet er van alles worden georganiseerd om de transitie te versnellen: bijvoorbeeld de succesvolle aanpak van Wind op Zee en de regionale energiestrategie. De rekenmeester die ons
jaarlijks scherp moet houden in het realiseren van de doelen, is het PBL. Ook de medewerkers daarvan zijn ambtenaren – en ook zij zijn hard nodig.

“Combineer tempo met zorgvuldigheid”

Goede, werkbare regels en goed georganiseerde processen kunnen een hobbelige weg vol kuilen veranderen in een snelfietspad – en zijn dus goed besteed maatschappelijk geld. Voor die snelheid is het ook belangrijk dat juridische procedures vlot worden afgewikkeld. Het duurt nu regelmatig 10 tot 15 jaar om een project in Nederland tot stand te brengen, of dat nu de aanleg van een windpark is of van een nieuw hoogspanningsstation. Dat is een forse beperking, nu we nog zo’n 30 jaar hebben om onze energievoorziening volledig duurzaam te maken. De vergunningsprocedure speelt daarbij een belangrijke rol. Slimme organisatie kan ook hier winst opleveren – maar uiteindelijk zullen er altijd conflicten voor de rechter komen, tot aan de Raad van State. Ook de rechtbanken komen om in het werk. Dat leidt in de praktijk tot forse vertragingen, waar noch de projectontwikkelaar nog de tegenpartij bij is gebaat. Uitbreiding is dus ook hier gewenst, om tempo te combineren met zorgvuldigheid. Dat geldt ook voor de adviesrol die de Raad van State krijgt bij de borging van de uitvoering van de klimaatwet.

“Niet meer op automatische piloot beknibbelen”

Omdat Nederlanders veel verwachten van hun overheid moeten we daar niet langer op de automatische piloot op beknibbelen. De overheid moet kunnen werken met de juiste randvoorwaarden – om de cruciale randvoorwaarden voor de energietransitie succesvol te organiseren. De Tweede Kamer heeft terecht meer geld durven reserveren voor haar controlerende taak: laten we hetzelfde doen voor de andere twee onderdelen van de Trias Politica: de uitvoerende en de rechterlijke macht. In de energietransitie passen geen taboes, dus weg met het taboe op meer ambtenaren. Naast vele gemotiveerde doeners hebben we vele goede regelaars nodig – en ook daar geldt dat de juiste mensen op de juiste plek hun geld dubbel en dwars waard zijn.

Dit artikel werd gepubliceerd op Energiepodium


Misschien ook interessant